Witte vlieg / bladluis

wittevlieg bladluizen

 

Op de bladonderzijde sneeuwwitte, gevleugelde insecten eitjes en larven met honingdauw. Bij aanraking vliegen de volwassen vliegjes op. Door saponttrekking worden de bladeren geel. Bladluizen op de bovenzijde van de bladeren en stengels.

De volwassen vliegen zitten bij voorkeur op de jonge bladeren bovenin de plant en zetten daar de eieren af. Alleen larven die net uit het ei zijn gekomen kunnen zich nog verplaatsen, maar niet over een grote afstand (blijven in de buurt van de restanten van het ei). De oudere larven en de poppen worden gevonden op de oudere bladeren meer onderin de plant.

De schade die witte vlieg aan een gewas veroorzaakt is drieledig: onttrekking van voedingsstoffen aan de plant, uitscheiding van honingdauw en overbrenging van enkele virussen.

Spuiten met een oplossing van Zeep-spiritus ook wel kaliumzeep genoemd, d.i. 2% zachte zeep (b.v. Driehoek zachte groene zeep) en 2% brandspiritus (ethanol) in water, d.w.z 20 gram van elk per liter. Dit mengsel wordt dan met een plantenspuit verneveld over de door bladluis aangetaste planten en zal de bladluizen die in contact komen met dit mengsel doden. "Zeep-spiritus" wordt genoemd voor bladluis-, witte vlieg- en spint-bestrijding sinds het begin van de twintigste eeuw voor in Nederlandstalige boeken.